Het belang van koelte: samen hittestress uitbannen!
De klimaatverandering leert ons dat het essentieel is om niet alleen oog te hebben voor de warmtevraag, maar om vooral aandacht te besteden aan een element dat nog veel te vaak ontbreekt: koeling. Die koeltevraag duurzaam invullen lukt alleen door gebouw, gebruiker en gebied bij de opgave te betrekken, in combinatie met de aanpak uit de warmtetransitie. Samen met gasthoofdredacteur Jan Engels gaan we op het innovatie event Futurebuild Holland (5 en 6 april in RAI Amsterdam) aan de slag om die samenhangende opgave versneld in te vullen.
“Sinds 1992 werken we aan klimaatmitigatie en -adaptatie en richten ons vandaag de dag op het ‘wegbereiden’ van verschillende gebieden, waaronder interne CO2-beprijzing, maatschappelijke ESCo’s en inclusieve participatie”, vertelt Engels. “We zien dat gemeenten na de decentralisaties van het sociale domein in 2015 tegen verschillende struikelblokken aanlopen. Zo zijn er beperkte financiële middelen om aandacht te geven aan klimaatadaptatie en mitigatie en is er een gebrek aan personeelscapaciteit om de plannen tot uitvoering te brengen.”
Tegelijkertijd blijft de stip op de horizon onveranderd: energieneutraliteit en circulariteit in 2050 en op kortere termijn de helft minder grondstoffen gebruiken in 2030 en in datzelfde jaar tenminste een halvering van de CO2-uitstoot ten opzichte van 1990. Bij het invullen van die warmtetransities blijkt het onderdeel koeling nog een aandachtspunt. Een uitgevoerde enquête door Klimaatverbond Nederland wijst uit dat gemeenten zich vooral op de meest voor de hand liggende oplossing per wijk richten, waarbij de noodzaak voor koeling wordt vergeten.
Intentieverklaring
“Er treedt met de bloedhete zomers een behoefteverandering op”, gaat Engels verder. “De omzet van airco’s verveelvoudigde de afgelopen jaren en de hittegolf van 2020 zorgde voor een stijging van het elektriciteitsverbruik van 30 procent. Dat terwijl we pas aan het begin van de klimaatverandering staan. Daarom roepen we op om de behoefte aan warmte en koeling te combineren.”
De intentieverklaring ‘Klimaatverandering en koeling gebouwen’ van OSKA, opgesteld uit onder andere FME/NVKL, NL Ingenieurs en ISSO, laat zien hoe belangrijk het is om kritisch te kijken naar hoe gekoeld wordt. “Er ontstaat een paradigmaverschuiving: van een tekort aan warmte naar een overvloed ervan. De verklaring wil die verandering invullen en zorgt voor een aanvulling op de NTA8800 [[bepalingsmethode BENG, red.] en de TOjuli [eis voor risico oververhitting, red.]. Laatstgenoemde kijkt naar historisch klimaat en naar het gebouw zelf, zonder de omgeving daarbij te betrekken.” Met de intentieverklaring werk je met een ladder voor koeling, van meest naar minst wenselijke maatregelen. Daarmee geeft het handvatten aan bijvoorbeeld gemeenten en corporaties die hiermee aan de slag willen.
“Hierdoor denk je na over het verschil tussen het historische en toekomstige klimaat, over hoe je voorkomt dat de zon overdadig binnentreedt en hoe het gebouw is neergezet.” Engels breekt daarbij een lans voor het oogsten van warmte, om het later te gebruiken. “Verplaats de warmte van binnen niet naar de toch al te hete buitenruimte, maar zorg voor opslag. Je krijgt een andere energiedynamiek op het moment dat bedrijven en woningen met elkaar gaan uitwisselen, hoewel daarvoor wel aanpassingen op het vlak van wet- en regelgeving nodig zijn.”
Warmtetransitie
Voor het opstellen van de warmtetransitievisies stond een deadline van eind 2021 vast. De komende jaren worden dan ook cruciaal om integrale verduurzaming onder te brengen in de warmtetransitievisies, met meer aandacht voor koelte. Engels tipt naar gemeenten: “Begin met isolatie, zodat je de energievraag terugdringt. Neem daar ook buitenzonwering in mee zodat de koelbehoefte lager wordt en ga aan de slag met vergroening van de omgeving, zodat bijvoorbeeld bomen voor beschutting zorgen. De keuze voor een alternatieve warmtevoorziening komt dus ná isoleren. Je realiseert daarmee nog steeds de doelstellingen uit het Klimaatakkoord omdat je – via de kleinere energievraag – de CO2-uitstoot fors reduceert.”
“Een bijkomend voordeel is dat technieken rondom isolatie bekend zijn, terwijl de warmtetransitie meer innovaties en ontwikkelingen kent. Dat maakt het handig om in bestaande wijken eerst in te zetten op isolatie. In nieuwbouwwijken is het eenvoudiger om de nieuwere technieken, zoals aquathermie en vijfde generatie warmtenetten [die zijn incl. koelvoorzieningen, red.] toe te passen. Zo bouwen we aan een evenwichtige portfolio van besparing via isolatie en opwek en buffering van energie met nieuwe technieken.”
Kennisbehoefte
Daarmee ontstaat er een grote kennisbehoefte over onder andere de verschillende types warmtevoorziening, de energiebehoefte, de raakvlakken met mobiliteit en andere omgevingselementen. “Denk daarbij ook aan het bereiken van de mensen achter de voordeur”, licht Engels toe. Van alle opgaves lijkt deze nog wel een van de grootste, zo blijkt ook uit een onderzoek van I&O Research in april 2020. Die publicatie wees uit dat slechts 8% van de ondervraagde burgers informatie van hun gemeente ontving over de manieren waarop ze hun huis kunnen verduurzamen.
“Verduurzaming moet juist laagdrempelig zijn en daarin is ontzorging heel belangrijk”, weet Engels. “Niet alleen financieel in de vorm van subsidies, maar ook in informatievoorziening voorafgaand aan renovatie en nieuwbouw. Daarnaast is het belangrijk dat de aanbodzijde van de bouw met één partij komt die het complete verduurzamingstraject voor z’n rekening neemt.”
De standaarden voor het ontwerp van gebouwen moeten rekening gaan houden met warmere zomers en de groeiende behoefte aan koeling. Die overtuiging is terug te lezen in de intentieverklaring ‘Klimaatverandering en koeling gebouwen’. De urgentie voor de intentieverklaring is duidelijk te proeven volgens het OSKA-actieteam. OSKA, het Overleg Standaarden Klimaatadaptatie, is het nationale platform met het doel om nieuwe inzichten over klimaatverandering een plaats te geven in standaarden. Daarmee gaat de praktijk waarmee we bouwen en ontwerpen structureel rekening houden met de effecten van klimaatverandering, zoals meer hitte, droogte en heftige neerslag.
“We zijn opgevoed met de gedachte dat we vooral moeite doen om het voldoende warm te krijgen in onze woningen”, geeft Engels aan. “Daarbij gaan we voorbij aan de gevolgen van de klimaatverandering, in combinatie met de noodzaak tot het beter isoleren van onze woningen om het totale energieverbruik terug te dringen.”
Breed uitgedragen
Hij refereert met zijn opmerking over klimaatverandering aan het groeiende aantal hittegolven en de zachtere winters. Tegelijkertijd is een trend zichtbaar van meer en betere isolatie, waardoor een focus op koeling des te belangrijker wordt. ‘Houd rekening met de toekomst bij het ontwerp’ moet volgens het actieteam OSKA dan ook het uitgangspunt zijn. Met de ondertekening van de intentieverklaring wordt duidelijk dat dit standpunt breed wordt uitgedragen.
KADER
Van beleid naar praktijk
De lijst met ondertekenaars bevatte organisaties die onder andere de overheidssector, installatietechniek en projectontwikkeling vertegenwoordigen. Zo ondertekenden bijvoorbeeld Klimaatverbond Nederland, Techniek Nederland en NEPROM de intentieverklaring.
De coalitie van ondertekenaars onderschrijft met de verklaring de noodzaak om in het ontwerp en bij renovatie van gebouwen systematisch rekening te houden met het veranderende klimaat en de steeds vaker optredende hittegolven. De verklaring richt zich daarbij op de normen en praktijkstandaarden die de basis vormen voor de manier waarop we in Nederland bouwen.
Centraal in de verklaring staat de Ladder van Koeling. Deze bevat vier treden:
- zorgen voor een verkoelende omgeving (bijv. met bomen of groen dak);
- warmte weren (bijvoorbeeld met screens of zonwering);
- passief koelen (bijvoorbeeld met nachtventilatie);
- milieuvriendelijke actieve koeling (bijvoorbeeld met warmtepomp).
Je leest meer over de ladder van koeling in deze whitepaper en de missie van ambassadeur Jan Engels op Futurebuild.